Beloning in de financiële sector
De Wet op het financieel toezicht (Wft) en de Regeling beheerst beloningsbeleid Wft, behandelen een breed scala aan beloningsregels voor financiële ondernemingen. Onderdeel hiervan is het bonusplafond van 20%, een gemaximeerde vertrekvergoeding, regels over de terugvordering van variabele beloningen en een beheerst beloningsbeleid. De gedachte achter de wet is dat (buitensporige) bonussen kunnen leiden tot perverse prikkels bij medewerkers (die mede oorzaak zouden zijn geweest van de economische crisis van 2008) en dat de samenleving hiertegen beschermd moet worden. Dergelijke risico’s kunnen immers in strijd zijn met de langetermijnbelangen en de weerbaarheid van een onderneming alsmede met de belangen van onder andere de consument. In 2021 zijn de regels omtrent beloningen in de financiële sector aangescherpt door implementatie van de gewijzigde Europese richtlijn prudentieel toezicht beleggingsondernemingen en de gewijzigde Europese richtlijn kapitaalvereisten. Zo is onder andere de verplichting ingevoerd om een genderneutraal beloningsbeleid te voeren. In 2023 is het wetsvoorstel nadere beloningsmaatregelen financiële sector in werking getreden, met een overgangsperiode van een jaar.
Beheerst beloningsbeleid
Hoofdregel is dat een financiële onderneming als onderdeel van de bedrijfsvoering, een op schrift gesteld beheerst beloningsbeleid voert. De financiële onderneming moet beschikken over procedures en maatregelen die zien op een juiste implementatie, uitvoering en instandhouding van het beloningsbeleid. Dit beloningsbeleid dient te zijn afgestemd op de omvang en organisatie van de onderneming en op de aard, reikwijdte en complexiteit van haar activiteiten, en is genderneutraal. Bij dat beloningsbeleid hoort tevens een beheerst ontslagvergoedingsbeleid.
Vanaf 2023 moeten financiële ondernemingen in het bestuursverslag uitleggen wat de verhouding is tussen het beloningsbeleid en maatschappelijke functie van de onderneming.
De antimisbruikbepaling verbiedt financiële ondernemingen ten slotte constructies of methoden te gebruiken die leiden tot omzeiling van de beloningsregels, waaronder het bonusplafond.
Bonusplafond
De variabele beloning die een financiële onderneming aan een medewerker toekent, bedraagt ten hoogste 20% van de vaste beloning van die persoon op jaarbasis. Dat plafond is overigens aanzienlijk strenger dan de Europese regelgeving voorschrijft, te weten100% en onder voorwaarden zelfs 200%.
Er geldt wel een beperkt aantal uitzonderingen op het plafond van 20% van de vaste beloning, zodat hogere bonussen kunnen worden uitgekeerd:
- Niet onder de reikwijdte van de Wft vallen (financiële) ondernemingen met een zetel in het buitenland, tenzij a) het een dochteronderneming betreft van een financiële onderneming die haar zetel in Nederland heeft of b) als zij behoort tot een concern die haar zetel in Nederland heeft en als de hoofdactiviteiten van het concern tot de financiële sector behoren;
- Er is gekozen voor een gelaagd bonusplafond; een plafond van 20% voor medewerkers in Nederland, 100% van de vaste beloning medewerkers die in hoofdzaak werkzaam zijn in de Europese Economische Ruimte (EER) en tot 200% voor degenen die hoofdzakelijk werken buiten de EER;
- Er geldt geen bonusplafond voor beheerders van beleggingsinstellingen en voor beheerders van instellingen voor collectieve beleggingen in effecten;
- Voor medewerkers met een uitzonderlijke positie, zoals specialistisch hoogwaardig personeel, van een financiële onderneming in Nederland van wie de beloning niet of niet uitsluitend volgt uit een cao, kan in uitzonderlijke situaties gemotiveerd een plafond van 100% van de vaste beloning op jaarbasis worden toegepast, mits het gemiddelde van de verhoudingen tussen de vaste en variabele beloningen van de totale groep van deze medewerkers die in hoofdzaak werkzaamheden binnen Nederland verrichten, de 20% niet overschrijdt. Dit geldt niet voor medewerkers met een controlefunctie of die financiële diensten verlenen aan consumenten. Er geldt een jaarlijkse meldplicht, inclusief motivatie voor het gebruik van deze uitzondering;
- Voor werknemers van een moederonderneming, die gevestigd is in Nederland waarvan gedurende 3 jaar (in een periode van 5 jaar) ten minste 75% van de groepswerknemers in hoofdzaak werkzaam buiten Nederland is, mag een bonuspercentage van 100% worden toegepast van de vaste component van de totale beloning per persoon;
- Bijkantoren in Nederland van een bank of beleggingsonderneming die haar zetel in het buitenland heeft, vallen niet onder de Nederlandse regels. Zij vallen – gelet op de Europese wederkerigheid – onder de richtlijnen prudentieel toezicht en kapitaalvereisten (CRD V) en daarmee geldt voor hen in principe een plafond van 100%, tenzij het vestigingsland strengere regels kent. Voor andere bijkantoren – bijvoorbeeld van verzekeraars – geldt deze uitzondering niet;
- In geval van retentievergoedingen bij duurzame organisatiewijzigingen. De uitzondering is alleen mogelijk na toestemming van de toezichthouder en zal niet snel aan de orde zijn.
Naar aanleiding van het maatschappelijk debat over forse beloningen in de bankenwereld, is in 2023 de Wet Nadere Beloningsmaatregelen Financiële Sector in werking getreden waarmee beloningen nog verder aan banden worden gelegd. Medewerkers van financiële ondernemingen waarvan een deel van de vaste beloning uit aandelen of aanverwante instrumenten bestaat, mogen die pas na vijf jaar verkopen. Dit moet ervoor zorgen dat perverse prikkels in de financiële sector worden tegengegaan en het vertrouwen in de financiële sector wordt vergroot.
Beloning in de (semi) publieke sector
De Wet Normering Topinkomens (WNT) stelt een maximum aan de beloning van topfunctionarissen in de publieke en semi publieke sector. Het doel van de WNT is het tegengaan van bovenmatige bezoldigingen en ontslagvergoedingen bij instellingen in de (semi)publieke sector. De bezoldigingsmaxima worden jaarlijks geïndexeerd en zijn ongeveer gelijk aan het ministersalaris. Voor zorginstellingen, zorgverzekeraars, onderwijsinstellingen, woningbouwcorporaties en organisaties op het terrein van ontwikkelingssamenwerking en cultuur gelden andere, sectorale normen. De WNT verplicht (semi)publieke instellingen tevens om de beloningen te publiceren.
Beloning en ondernemingsraad
De ondernemingsraad heeft op grond van de WOR (artikel 31d-e WOR) het recht om informatie te ontvangen van het bestuur over de beloningsverhoudingen, ook van het bestuur en commissarissen. De informatie mag echter niet herleidbaar zijn tot individuele personen, maar moeten geclusterd zijn per groep.
Daarnaast is het bestuur jaarlijks verplicht om de ontwikkeling van de beloning van de bestuurders te bespreken met de ondernemingsraad in een overlegvergadering (23 WOR).
Advies over beloningsbeleid in uw organisatie?
Neem gerust contact met ons op via +31202351150 of het contactformulier voor meer informatie of advies.