Stel: tijdens de procedure in hoger beroep vindt de werkgever aanvullend bewijs in zijn voordeel. Kan de werkgever deze omstandigheid dan alsnog aan de rechter in hoger beroep voorleggen als bewijs? Met andere woorden: vindt beoordeling in hoger beroep plaats aan de hand van de feiten en omstandigheden zoals die bestonden ten tijde van de beslissing van de kantonrechter (ex tunc) of vindt beoordeling plaats aan de hand van de feiten en omstandigheden ten tijde van de beslissing in hoger beroep (ex nunc). In onderhavige zaak was de werkgever pas later bekend geworden met het feit dat de werknemer zich heimelijk toegang had verschaft tot de mailbox van werkgever en via deze route geluidsopnames tussen werkgever en diens advocaat had bemachtigd. De Hoge Raad geeft ons duidelijke regels over het toetsingsmoment in hoger beroep.
Over deze uitspraak schreven Mandy Ruijssenaars en Daan Rijsemus een annotatie voor Jurisprudentie In Nederland (JIN). De volledige annotatie vindt u hier.