Een werknemer die na een reorganisatie ten onrechte niet is geplaatst in een uitwisselbare functie, komt voor de omvang van de herplaatsingsverplichting een beroep toe op het rechtsvermoeden van (een hogere) arbeidsomvang, zo oordeelde Hof Den Haag.

Moeten werkgevers ten tijde van herplaatsing van de werknemer, deze verhoogde arbeidsomvang zelf vaststellen onder (proactieve) toepassing van het rechtsvermoeden van arbeidsomvang?

Over deze uitspraak schreef Sebastiaan een annotatie voor Jurisprudentie Arbeidsrecht (JAR).

De volledige annotatie vindt u hier.